Het Centraal Kerkbestuur diende op 27 augustus 2025 gecoördineerd de meerjarenplannen 2026-2031 van de 7 Anzegemse kerkfabrieken in.
Het erkend representatief orgaan (bisdom) verleende aan al deze meerjarenplannen een gunstig advies op 1 september 2025. Dit advies werd achteraan bijgevoegd bij iedere afzonderlijk meerjarenplan van een kerkbestuur. Voor kerkfabriek Sint-Arnoldus was dit wel een gunstig advies onder voorwaarden gezien er een investeringsuitgave in 2028 wordt voorzien zonder financiering.
Het (voorontwerp) van deze meerjarenplannen werd besproken op een overleg tussen het Centraal Kerkbestuur aangevuld met een delegatie vanuit alle kerkfabrieken en het college van burgmeester en schepenen op een overleg op woensdag 28 mei 2025. Hierbij werd door iedere kerkfabriek duiding gegeven bij de wijze van opmaak van hun respectievelijk meerjarenplan en welke ontvangsten en uitgaven men voor komende planningsperiode voorziet. Vanuit het gemeentebestuur werd gevraagd om gecumuleerd voor alle kerkfabrieken samen de gemeentelijke exploitatietoelage binnen de perken van 130.000 euro per jaar te houden. Tevens werd gevraagd om in toepassing van de afsprakennota, geen investeringswerken op te nemen in het meerjarenplan gezien deze worden voorzien binnen de gemeentelijke budgetten. Een investeringswerk wordt als dusdanig aanzien als het een bedrag van 5000 euro excl. btw overstijgt. Toelichting omtrent de opmaak van de meerjarenplannen en de assumpties hierbij kunnen ook teruggevonden worden in de strategisch nota per meerjarenplan. Hieronder de samenvattingen van deze;
Uit de voorliggende plannen kon gedistilleerd worden welke gemeentelijke bijdragen verwacht worden:
| Exploitatietoelage |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
2030 |
2031 |
| Sint-Jan (Anz) |
0 euro |
3 097.75 euro |
2 689.75 euro |
2 273.59 euro |
1 849.11 euro |
1 416.13 euro |
| Sint-Theresia (Heir) |
8 374.35 euro |
17 651.10 euro |
18 004.13 euro |
18 364.19 euro |
18 731.48 euro |
19 106.13 euro |
| Sint-Stefanus (Vi) |
55 399.42 euro |
59 520.00 euro |
62 580.00 euro |
66 015.00 euro |
69 155.00 euro |
72 515.00 euro |
| Sint-Antonius (Ing) |
0 euro |
11 787.00 euro |
11 807.00 euro |
11 827.00 euro |
11 847.00 euro |
11 867.00 euro |
| Sint-Arnoldus (Tieg) |
5 349.80 euro |
18 747.50 euro |
19 071.69 euro |
19 502.60 euro |
19 895.29 euro |
20 274.80 euro |
| Sint-Petrus (Kas) |
4 098.93 euro |
16 140.00 euro |
16 475.00 euro |
16 720.00 euro |
17 055,00 euro |
17 200.00 euro |
| Sint-Mattheus (Gijz) |
4 045.92 euro |
14 251.98 euro |
14 551.98 euro |
14 651.98 euro |
14 679.08 euro |
14 779.08 euro |
| TOTAAL |
77 268.42 euro |
141 195.33 euro |
145 179.55 euro |
149 354.36 euro |
153 211.96 euro |
157 158.14 euro |
Er wordt wel gevraagd aan de kerkfabrieken om bij de jaarlijkse opmaak van de budgetten, waarbij de overschotten/tekorten van het boekjaar X-2 wordt verwerkt (k-waarde), de inkomsten en uitgaven gedegen in te schatten zodoende de gemeentelijke gecumuleerde exploitatietoelage aan de Anzegemse kerkfabrieken binnen de marge van 130.000 euro kan blijven.
| Investeringstoelage |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
2030 |
2031 |
| Sint-Jan (Anz) |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
| Sint-Theresia (Heir) |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
| Sint-Stefanus (Vi) |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
| Sint-Antonius (Ing) |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
| Sint-Arnold (Tieg) |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
| Sint-Petrus (Kas) |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
| Sint-Mattheus (Gijz) |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
0 euro |
| TOTAAL |
|
|
|
|
|
|
Volgende investeringsuitgaven werden ingeschreven in de meerjarenplannen van de kerkfabrieken;
Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten, aangepast door het decreet van 6 juli 2012;
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 september 2005 houdende de vaststelling van de criteria voor de erkenning van de plaatselijke kerk- en geloofsgemeenschappen van de erkende erediensten;
Het ministerieel besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de erediensten en ter uitvoering van artikel 46 van het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en van de centrale besturen van de eredienst;
De ministeriële omzendbrief van 12 januari 2007 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst.
Art.1: Goedkeuring te verlenen aan het meerjarenplan 2026-2031 van de volgende kerkfabrieken:
Art.2: Het meerjarenplan 2026-2031 van Kerkfabriek Sint-Arnoldus (besluit kerkraad van 23 april 2025) goed te keuren onder voorwaarde dat een aanpassing meerjarenplan wordt doorgevoerd voor (specifiek) boekjaar 2028 waarin een investeringsuitgave ten bedrage van 3500 euro is voorzien zonder financiering.
Art.3: Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de verschillende kerkfabrieken en het erkend representatief orgaan;
Art.4: De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking van dit reglement op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.